Transnistrië (Moldavië). Olimpia bij het bed van een oudere uit haar dorp. Ze brengt hem een tas met enkele eerste levensbenodigdheden, gekocht met het geld van de donaties van de Nederlandse Stichting Hulp Moldavië-Transnistrië. Geweldige mensen!
Aan het woord is een Nederlandse vrouw, Toos Linsen-Rijk, die op een bepaald punt in haar leven besloten heeft, na zich bezig te hebben gehouden met haar eigen familie en haar nu volwassen kinderen, haar tijd en genegenheid te geven aan eenzame, arme mensen, verlaten door iedereen.
Er zijn er veel van, in de hele wereld! Het is moeilijk een keuze te maken welke doelen en bevolkingsgroepen te steunen te midden van zoveel ellende, honger, oorlog. Onze hulp zal altijd een kleine druppel in de oceaan zijn, maar belangrijk is het toch te doen. Omdat de hartelijkheid en kracht van mensen die echte liefde kunnen voelen en tonen onmetelijk is; en daarom ook in staat is een wonder te verrichten.
Toos Linsen-Rijk, in haar appartement in Waalre. Foto: Maria Cristina Giongo
Ik ken Toos al een hele tijd en bewonder haar vanwege het feit dat zij heel goed begrijpt hoe noodzakelijk het is, in het leven, mensen te helpen die minder fortuinlijk zijn dan wij.
Ik ben haar gaan opzoeken in het zonverlichte appartement waar ze woont, in een mooi dorp in het zuiden van Nederland; ieder jaar gaat ze naar Transnistrië, aan de grens van Moldavië, om hulp te brengen voor de plaatselijke bevolking.
Transnistrië: een door God vergeten oord, veel mensen weten niet eens waar ze het moeten zoeken. Hoe ben je daar aangekomen? Per toeval?
Niet helemaal per toeval. Twee van mijn Nederlandse vrienden, Beppy en Jasper van de Paal waren kort daarvoor met pensioen gegaan, toen ze besloten hebben de rest van hun leven te wijden aan de hulp voor de noodlijdende mens. Daarom zijn ze meteen vertrokken naar Boekarest, Roemenië, waar ze werden geconfronteerd met de verschrikkelijke werkelijkheid van de ‘straatkinderen’. Kinderen die zelfs sliepen in de onmiddellijke nabijheid van de riolen. Om ze op te vangen hebben ze een tehuis opgericht, genaamd Casa Cana, dat zich vlakbij het station Noord van de stad bevindt. Toen eenmaal dit project was begonnen zijn ze gecontacteerd door een orgaisatie genaamd SDOK, en die werkt, laten we zeggen, “ondergronds”, een beetje verborgen, vanwege het regime dat niet graag buitenlandse activiteiten zag in hun land.
SDOK heeft hen gevraagd een handje mee te helpen in Transnistrië, dat zich bevindt op de grens van Moldavië, waar ook een toestand van grote armoe was. Ik ben hen gevolgd in die activiteiten, mezelf inzettend vooral in het project van hulp aan Transnistrië.
Door wie wordt Transnistrië op politiek gebied bestuurd?
Dat is een lang verhaal. Samenvattend: Moldavië is een onafhankelijke republiek geworden op 27 augustus 1991, maar de Russische troepen hebben zich nooit teruggetrokken. Transnistrië wilde ook onafhankelijk zijn, maar in werkelijkheid is het nooit als zodanig erkend.
in het land zijn grote conflicten, angst, een heel hoog niveau van alcoholisme, veel armoede. Op de scholen wordt geen Engels onderricht; een internationale taal beheersen zou de mensen kunnen verleiden weg te gaan, te ontsnappen.
Angst voor wat? Het regime van Poetin? Te worden gecontroleerd?
Angst voor de toekomst, angst voor alles. Wat betreft controle, ook wij kunnen niet ‘vrij’ rondlopen; maar ik spreek liever niet over politiek. Want het zou een negatief effect kunnen hebben voor ons doel: dat slechts het helpen is van de meest behoeftige inwoners. Als we als ‘ ongenode gasten’ gezien zouden gaan worden, dan zouden we ze niet meer kunnen helpen en ze aan hun lot moeten overlaten.
Juist. Laten we het daarom hebben over jullie Stichting Hulp Moldavie Transnistrië. Waarmee houdt die zich precies bezig?
Met het geld dat we ontvangen door donaties kopen we ter plaatse het benodigde voor het overleven van enkele families. Dat gebeurt dankzij onze gids, Benjamin, die levensmiddelen koopt, kleding, speelgoed voor de kinderen. Daarna brengt hij dit naar een vrouw, Olimpia, die er pakketten van maakt, vaak tassen door haarzelf gemaakt, die ze dan zelf verdeelt daar waar er het meest behoefte aan is.
Het zijn zeer vertrouwde personen en dat is voor ons een geruststelling. Helaas is de man van Olimpia overleden; voorheen begeleidde hij haar met zijn oude auto bij de distributie van de pakketten. Nu niet meer, dus heeft Olimpia nu een probleem bij de verdeling.
Ook volgen we oude mensen die in huizen wonen in onvoorstelbare omstandigheden. Vaak blijven ze ’s winters maanden achtereen in bed.
Ouderen met incontinentieproblemen hebben niet eens geld om luiers te kopen, die kosten 15 euro per pak. Maar hun pensioen is slechts 50 euro per maand! Daarom kopen ze soms een enkele luier per maand.
De foto hieronder toont Olimpia die een voedselpakket brengt bij een bejaarde vrouw. Jullie kunnen je niet de emotievolle glimlach voorstellen, de vreugde en dankbaarheid die we ontvangen van deze arme schepselen wanneer we ze een kleinigheid geven, een bezoek brengen, onze aandacht schenken.
De huizen waarin de arme inwoners van Transnistrië wonen, die, voor zover mogelijk, met hulp van vrijwilligers worden hersteld.
Een hele arme bevolking…..
We kunnen zeggen dat er heel veel armen zijn … maar ook enkele rijken die alles in handen hebben, zoals vaker voorkomt bij dit soort regimes.
In Transnistrië leven ongeveer een half miljoen mensen in een gebied van 400 km lang bij 40 km breed.
In ons hulpproject zijn ook inbegrepen de kindertehuizen. In het begin vertelde de regering ons met trots, dat bij hun geen straatkinderen voorkomen zoals in Boekarest; dat is waar. Maar ook hier is het nodig een grondige controle te doen, allereerst in dezelfde families, waar bijvoorbeeld alcoholistische ouders zijn; om dan de kinderen weg te kunnen halen voordat het te laat is. Diezelfde kindertehuizen hebben behoefte aan alles. Nu hebben we zojuist de sanitaire voorzieningen gerenoveerd, een verwarmingsketel geïnstalleerd en nieuwe wc’s voor de kinderen.
Die kinderen hebben niets; je zou eens moeten weten hoe gelukkig ze zijn wanneer we een bal brengen of een kaart voor hun verjaardag.
Toos Linsen-Rijk tijdens haar recente reis in Transnistrië, met een kind dat geopereerd kon worden aan zijn hart dankzij de donaties ontvangen van hun stichting.
Een kind voor de operatie en daarna, gezeten aan zijn tafel, gelukkig lachend.
Welke andere bijdrages doen jullie?
Bijvoorbeeld op het medisch gebied. We hebben een kind dat anders overleden zou zijn, aan het hart laten opereren. Een andere medische ingreep is gedaan op de hazenlip van een kind, die nu een normaal gezicht heeft (zie de foto boven). Ook daarvoor is geld nodig.
Maar hoe ben je op het idee gekomen je in te zetten voor humanitaire hulpprojecten, buiten de vraag om medewerking van je vrienden?
Ik heb altijd gedacht dat in het leven het nodig is hulp te bieden aan wie lijdt. Een gevoel dat ik heb meegekregen van mijn familie. Van kleins af aan bracht ik zakken met groenten bij arme families in ons dorp. Van mijn ouders heb ik dit onderwezen gekregen: anderen helpen, aan anderen denken, je interesseren voor anderen. Het is heel belangrijk dat ouders deze waarden aan hun kinderen doorgeven.
Ik begrijp je goed, Toos! Ook ik heb dezelfde waarden van mijn ouders meegekregen en ze doorgegeven aan mijn kinderen. Er is heel veel onverschilligheid op de wereld, ongevoelige en egoïstische mensen, alleen op zichzelf gericht, met hun gebreken en problemen, altijd klagend. Ik word er zelfs boos van!
Ik deel je “boosheid”! Op een zeker moment in mijn leven, nadat ik al op vroege leeftijd weduwe was geworden, heb ik een relatie gehad, die helaas slecht eindigde.
Mettertijd heb ik begrepen dat het geen zin had te blijven huilen en te wanhopen vanwege mijn probleem, terwijl er op de wereld vele mensen waren die het slechter hadden dan ik. Heel veel slechter. Daarom ben ik vertrokken naar Boekarest, waar ik 14 dagen gebleven ben.
Daar ben ik besmet met het virus.
Welk virus?
Een virus dat, wanneer je erdoor besmet wordt, je nooit meer kwijtraakt. Dat van menselijke solidariteit, van mededogen. Ik het zoveel lijden gezien, waarbij vergeleken mijn problemen plotsklaps niet bestaand werden! Dat zouden alle mensen moeten doen die zich altijd beklagen over hun eigen tegenslagen. Het echte lijden is heel iets anders, veel sterker! Aan ons ontbreekt niets!
Toos, hoe kunnen we jullie helpen? Ik ken je heel goed; dus ik weet met zekerheid dat iedere gift die ik doe op de plaats van bestemming zal aankomen en ten volle benut zal worden.
Ja, iedere donatie die jullie doen zal waardevol zijn voor ons. We hebben geld nodig om die beschimmelde en bedompte ‘holen’ te herstellen en te verven waar nu nog vaak hele families wonen. Het is onmogelijk ze huizen te noemen.
Er is geld nodig voor de aankoop van eerste levensbehoeften. Mijn droom zou ook zijn een assistent te kunnen betalen of een vrouw, of misschien zelfs een verpleegster, die langs de huizen kan gaan waar die ouderen wonen, enkel en alleen om ze uit bed te krijgen, te laten lopen en ze te wassen; misschien ook een schoonmaak, en ze een warme maaltijd te serveren.
Zoals ik eerder al vertelde maakt Olimpia ook voedselpakketten, die kosten 8 euro (en zouden moeten volstaan voor een maand), met als inhoud: 1 kg meel, 1 kg macaroni, 1 liter bakolie, een groot pak thee, een blik groenten en een blik vlees. Een stuk zeep. Voor de Kerst voegen we enkele extra’s toe.
De vreugde van een nieuw shirt…..
Dat is niet veel. Ook een enkel stuks zeep lijkt me niet veel.
Meer kan niet, maar het hangt af van de donaties, natuurlijk. Hoe dan ook, een stuk zeep is niet weinig! Ik zou al gelukkig zijn als ze het helemaal gebruiken in een maand! Eenmaal per jaar ga ik daarheen om de situatie te overzien. Anderen gaan er vaker heen. We hebben andere geweldige vrijwilligers die ons helpen, waaronder Astrid. Maar we hebben nieuw bloed nodig, jeugd…
We eindigen met een dankzegging aan Toos, deze fantastische vrouw die in plaats van te klagen getracht heeft haar pijn om te zetten in een daad van solidariteit en liefde naar de zwakkeren en minder fortuinlijken.
Ik ben er zeker van dat velen, na het lezen van dit artikel, haar zullen steunen. Omdat ik mijn lezers ken: ze hebben een heel groot hart! Enkelen van hen zijn zelfs al in actie gekomen via onze facebook pagina.
Een bijzondere dank aan Claudia Tagliabue, die meteen mijn oproep heeft verwelkomd en heeft geschreven op facebook: … “ik ren onmiddellijk naar de bank!”
Misschien zou ze anoniem willen blijven, maar mij doet het plezier jullie te vertellen dat er gelukkig nog gevoelige mensen zijn die niet veel praten, maar meteen in actie komen. Een van mijn leerlingen, een Nederlander, R., die niet genoemd wil worden, bracht me contanten, toen hij naar de les kwam, zodat ik het geld kon overmaken op de rekening van de stichting waartoe Toos behoort.
Aan hun, aan mijn kinderen (zelfs zij als een van de eersten om te reageren) en aan alle anderen die ik niet ken, een hartelijk dankjewel!
Proberen jullie je voor te stellen het geluk en de erkentelijkheid van die arme schepselen die jullie bijdrages zullen ontvangen! Toos heeft geprobeerd me hun glimlach en omhelzingen te beschrijven; zo hartverwarmend dat het een nieuwe zin, een nieuw doel in ons leven kan brengen op het moment dat we ze ontvangen!
Hieronder vinden jullie het bankrekeningnummer waar een bijdrage gestort kan worden. Maar doe het niet slechts een keer om ‘je geweten te sussen’. Laat je ook besmetten door het virus van goedheid! Het is de moeite waard!
Maria Cristina Giongo
Wie ben ik (It.)
Vertaling: Hans Linsen
De foto zijn ter beschikking gesteld door Toos Linsen-Rijk.
Link: info@hulp-moldavie-transnistrie.nl
www.hulp-moldavie-transnistrie.nl
Link naar het artikel in het Italiaans dat op 3 juli is verschenen.
Het bankrekeningnummer (Rabo Bank) van de Stichting Hulp Moldavië-Transnistrië is als volgt: NL 24 RABO 0172 9114 35
Niets uit dit artikel mag worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt zonder bronvermelding.
No part of this publication may be reproduced or transmitted, in any form or any means, without prior permission of the publisher and without indicating the source.
Tags: hans linsen, maria cristina giongo, moldavie, toos linsen, transnistrie